Sociale Brief Kerk en Samenleving

In september is de brief ‘Hebben wij iets met elkaar?’ verschenen met gedachten over samenhang en isolement in onze maatschappij vanuit het referentschap ‘Kerk en Samenleving’ van de Rooms Katholieke Kerk in Nederland.

Niet alleen onze economie maar ook onze gehele cultuur verkeert in een crisis. Dat gaat iedereen in de samenleving aan. De auteurs van deze sociale brief willen als leerlingen van Jezus Christus en geïnspireerd door de katholieke traditie samen met anderen meedenken over de aard en de oorzaken van de crisis en hoe we daar op kunnen reageren.

Individualisering
Onze huidige samenleving wordt gekenmerkt door individualisering. Dat wil zeggen dat maatschappelijke verbanden die vroeger het leven van mensen bepaalden nu minder invloed uitoefenen. Daardoor mogen en moeten steeds meer zaken door het individu zelf gekozen worden. Mensen zijn steeds meer verantwoordelijk voor hun eigen leven. Deze ontwikkeling waarderen we vanuit onze christelijke traditie als positief.
Bij het proces van individualisering zijn ook vragen te stellen. Zijn we er echt vrijer door geworden? Vanuit onze traditie is de maatstaf voor vrijheid of we tot liefde komen: dat we aan anderen het goede geven en daarvoor zelf tot offers bereid zijn. Die liefde heeft gemeenschapsverbanden nodig waarin ze opgeroepen en geoefend wordt, waarin het vrije individu tot solidaire inzet voor andere mensen komt.
Naast het proces van individualisering zijn er nog meer veranderingen in de samenleving gaande: dagelijks komt het wereldnieuws via de media indringend bij ons binnen. De crisis dwingt in Europa tot meer samenwerking. Bedrijven, gemeenten en geloofsgemeenschappen fuseren. We zijn mobieler geworden en daardoor minder vast aan één gebied en één gemeenschap verbonden. Het vertrouwen in de overheid en in de kerken neemt af. Die veranderingen roepen vragen en onzekerheid op. Waar zijn we nog thuis? Wie kan ik nog vertrouwen?

Gemeenschapsverbanden
Geïndividualiseerde mensen hebben behoefte aan verbanden van gesprekspartners en bondgenoten waarbinnen ze zichzelf deel voelen van een zinvol groter geheel.
Het gezin is het primaire verband waarbinnen een mens opgevoed wordt tot vrije persoon én gemeenschapswezen. De Kerk vindt het belangrijk dat de overheid het gezin, en andere primaire leefverbanden, beschermt en ondersteunt. Dat is nodig om kinderen een veilige omgeving te bieden waarin zij leren hun naasten en zichzelf te beminnen.
Naast gezinsverbanden ontwikkelen mensen zich in andere verbanden: scholen, sportverenigingen, religieuze gemeenschappen, buurtverenigingen, netwerken van sociale media, enz. Binnen die verbanden leren mensen met elkaar omgaan en kunnen zo een persoonlijke eigenheid ontwikkelen.
In de katholieke traditie zijn persoon-zijn en gemeenschapswezen-zijn twee aspecten die niet met elkaar concurreren. Gemeenschappen vragen om de inbreng van vrije personen en personen worden vrij binnen gemeenschapsverbanden.
De verschillende verbanden spelen, naast de overheid en de markt, een grote rol bij de opbouw van de samenleving. In de traditie van het katholiek sociaal denken is dit maatschappelijk middenveld erg belangrijk. Wanneer mensen daar hun eigen belangen en die van anderen kunnen dienen, kunnen we spreken van een gezonde samenleving.
In de afgelopen tijd zagen we dat de overheid sterk inzette op de vrijheid van individuen en de werking van de markt. Heel opmerkelijk is dat de overheid bij de huidige bezuinigingen een beroep doet op verzwakte onderdelen van de samenleving zoals familie, buurtbewoners en kerken.

Sociale cohesie
Voor de groei van sociale cohesie is het nodig dat groepen en verenigingen ondersteund worden. Ook het hebben van werk is van grote betekenis voor de sociale cohesie. In de arbeid zet de mens zichzelf en zijn vermogens in. Daarom is de arbeid nooit helemaal te scheiden van de mens. Hieruit volgt vanuit onze katholieke traditie dat we de mens zwaarder laten wegen dan productiefactoren zoals kapitaal en grondstoffen, die wel van de persoon te scheiden zijn. De mens vormt centrum en doel van de economie (vgl. Benedictus XVI, Caritas in Veritate).
Door de groeiende invloed van aandeelhouders op de economie en door de flexibilisering van de arbeid dreigt minder recht te worden gedaan aan het belang van de werkende mens. De werkloosheid stijgt en er zijn plannen om de WW-rechten te beperken. Werklozen worden bedreigd met sancties wanneer ze geen betaald werk vinden. Juist nu moet echter een verdere tweedeling in de samenleving, die bedreigend is voor sociale cohesie en solidariteit, worden voorkomen. Paus Franciscus verzet zich tegen een economie die mensen uitsluit en leidt tot een verafgoding van het geld (vgl. Evangelii Gaudium, 53-58).

Nieuwe initiatieven
In de tijd van de verzuiling waren maatschappelijke organisaties verzekerd van een vaste eigen achterban. Mensen hebben nu veel meer te kiezen. Organisaties moeten telkens weer laten zien wie ze zijn en wat ze te bieden hebben. Dit kan binnen de organisaties leiden tot nieuwe inzichten en nieuw elan.
Ook de kerken zijn geroepen om het geloof in Jezus Christus steeds opnieuw te verantwoorden naar anderen. Dit vraagt om grote theologische en pastorale creativiteit.
In onze samenleving zijn, naast oude, ook nieuwe vormen van samenhang nodig. Vaak zorgen buurtverbanden voor sociale opvang. Waar deze vangnetten wegvallen of ontbreken
is het belangrijk om nieuwe vormen van gemeenschap te stimuleren.

Vragen
Vanuit het thema van deze brief stellen we vragen aan individuen, aan organisaties en aan de overheden.
Voor afzonderlijke mensen denken we aan vragen zoals: hoe sociaal voeden wij onze kinderen op? Zijn wij goede buren? Welke bijdrage lever ik aan de samenleving? Waar zet ik me voor in en welke waarden leiden me daarbij?
Maatschappelijke organisaties moeten zich de vraag durven stellen in hoeverre zij aan het mens-zijn van hun leden bijdragen of afdoen. Zijn ze zich bewust van hun maatschappelijke betekenis? Durven zij zich telkens te herontdekken in zich wijzigende omstandigheden?
Aan de overheden stellen we de vraag of zij initiatieven willen ondersteunen op terreinen, waar opvang en sociale cohesie aan slijtage onderhevig zijn of nog niet bestaan.
De kerken zijn nog steeds kernen van sociale cohesie. Onze God roept mensen wel persoonlijk, maar nooit als eenlingen. Hij nodigt hen uit met Hem te communiceren als een gemeenschap van mensen. Graag bieden we aan iedereen het goede en waardevolle dat we zelf hebben ontvangen aan. In de samenwerking en de dialoog proberen we het beste bij elkaar naar boven te roepen.

[Start kader]
De sociale brief ‘Hebben wij iets met elkaar?’ over samenhang en isolement in onze samenleving is verschenen onder verantwoordelijkheid van de Bisschopreferent voor Kerk en Samenleving Mgr. Gerard de Korte in samenwerking met het Multilateraal Beraad en het LKDB.
U kunt de gehele tekst in pdf hier downloaden.